Après un mois de janvier faible, marqué par de fortes préoccupations inflationnistes, de nombreuses autres inquiétudes et risques sont apparus alors que la crise en Ukraine s’est transformée en guerre.

Les craintes de stagflation ont entraîné un mini-krach sur les marchés des actions. Mais l’inflation était déjà très élevée et ne fera qu’augmenter encore avec l’explosion des prix des matières premières due à la guerre en Ukraine et aux sanctions imposées par l’Occident à la Russie et vice-versa. En outre, la situation reste très explosive, avec le risque d’une nouvelle escalade, le conflit débordant sur l’Union européenne et/ou l’OTAN.

Néanmoins, nous pensons que les niveaux actuels représentent un point d’entrée attractif et que les chances d’une reprise augmentent progressivement.

Laguerre fait payer un lourd tribut à l’économie mondiale, toutes les parties subissant des dommages considérables. Dans le même temps, la diplomatie se poursuit, bien que sans grand succès pour le moment. Les très lourds dommages subis par toutes les parties et le fait que la porte des négociations reste ouverte augmentent la probabilité que la Russie et l’Ukraine finissent par trouver un compromis. Si cela se produit, la voie sera ouverte à une révision des sanctions économiques et à un rebond des marchés boursiers.

Aujourd’hui, nous commençons à voir de petites lueurs d’espoir dans le conflit. Malgré plusieurs tentatives infructueuses de mise en œuvre d’un cessez-le-feu temporaire permettant l’évacuation des civils des zones de guerre, il semble que les civils aient pu être évacués dans les villes d’Irpin, près de Kiev et de Sumy, bien que le cessez-le-feu ait été à nouveau rompu à Mariupol.

En outre, pour la première fois, il semble y avoir une ouverture diplomatique du côté ukrainien. Ainsi, le président Zelensky a déclaré, lors d’une interview accordée à la chaîne de télévision américaine ABC News, que l’Ukraine était prête à entamer un dialogue avec la Russie au sujet des territoires occupés et de la Crimée afin de trouver un compromis sur la manière dont ces régions pourraient évoluer. M. Zelensky a également déclaré que l’Ukraine n’était plus candidate à l’adhésion à l’OTAN, car il était clair que l’OTAN n’était pas prête à cela par crainte d’une confrontation avec la Russie. Les deux pays s’assiéront à nouveau autour de la table des négociations en Turquie le jeudi 10 mars.

En outre, l’alliance occidentale augmente le coût de la guerre pour la Russie, ce qui accroît également la pression pour amener la Russie à la table des négociations. Il n’est dans l’intérêt de personne que ce conflit s’éternise, alors que l’Ukraine fait maintenant le premier pas vers un éventuel compromis.

Si les négociations progressent et que les deux parties parviennent à trouver un compromis, l’alliance occidentale pourra également réduire les sanctions éventuelles et les marchés boursiers commenceront à se redresser fortement.

A terme, ce conflit changera de toute façon fondamentalement le monde et en premier lieu l’Europe, qui aspire à une plus grande autonomie stratégique en matière de géopolitique, de défense, de technologie et d’approvisionnement énergétique. La pandémie avait déjà montré que les chaînes d’approvisionnement du monde entier étaient sous pression lorsque certains composants devaient provenir d’une autre région. Il en résulte une tendance dans les différentes régions à revenir à des capacités de production locales afin de raccourcir considérablement les chaînes d’approvisionnement. L’industrie des semi-conducteurs en est un exemple frappant. En raison de la forte demande de semi-conducteurs combinée à de faibles stocks, les délais d’attente sont extrêmement longs. Des capacités de production supplémentaires sont en cours de construction dans presque toutes les grandes régions. Le premier fabricant mondial, TSMC, a annoncé à la fin de l’année dernière qu’il construisait une nouvelle usine au Japon, principalement pour servir le marché local. Plus tôt dans l’année, les États-Unis avaient déjà fait remarquer que la forte dépendance de Taïwan pour leur secteur technologique représentait un risque. TSMC a réagi en annonçant qu’elle prévoyait de nouvelles usines pour un investissement total d’environ 100 milliards USD et a d’ailleurs commencé la construction d’une grande usine en Arizona. L’Europe aussi veut satisfaire ses besoins en semi-conducteurs au travers d’usines locales. L’américain Intel a indiqué qu’il voulait construire une méga-usine en Europe. Sur une période de 10 ans, cela impliquerait un investissement de 80 milliards d’euros. D’autres fabricants seraient également intéressés d’investir en Europe.

Le conflit russe a également poussé l’Europe à resserrer les rangs et à réagir à l’unisson. Il est en effet clair que l’Europe en tant que bloc peut avoir beaucoup plus de poids que les pays individuels. Cela peut conduire à une intégration plus poussée et plus profonde du projet européen. La dette européenne commune pourrait être la prochaine étape pour investir massivement dans la défense européenne et financer la transition énergétique. Ces investissements à grande échelle peuvent également constituer un important moteur de croissance économique pour l’économie européenne.

Na een zwakke maand januari die getekend was door hoge inflatiezorgen zijn er intussen nog heel wat meer zorgen en risico’s bijgekomen nu de crisis in Oekraïne ontaard is in oorlog.

De angst voor een stagflatie heeft geleid tot een mini-crash op de aandelenmarkten. Immers, de inflatie was reeds torenhoog en zal enkel maar verder stijgen met de explosie van de grondstofprijzen ten gevolge van de oorlog in Oekraïne en de sancties die het Westen aan Rusland oplegt en omgekeerd. Bovendien is de situatie nog steeds erg explosief met het risico op een verdere escalatie waarbij het conflict ontaardt naar de Europese Unie en / of de NAVO.

Toch zijn we van mening dat de huidige niveaus een aantrekkelijk instapmoment vertegenwoordigen en dat de kans op een herstel stilaan toeneemt.

De oorlog eist immers een belangrijke tol van de wereldeconomie, waarbij alle partijen aanzienlijke schade lijden. Tegelijk blijft de diplomatie nog steeds lopen, zij het momenteel zonder veel succes. Door de zeer zware schade die alle partijen lopen en het feit dat de deur voor onderhandelingen open blijft staan neemt de kans toe dat Rusland en Oekraïne uiteindelijk toch een compromis zullen sluiten. Indien dat gebeurt, ligt de weg open voor een herziening van de economische sancties en een heropleving van de aandelenmarkten.

Vandaag zien we stilaan kleine lichtpunten in het conflict. Ondanks verschillende mislukte pogingen om een tijdelijk staakt-het-vuren in te lassen zodat burgers kunnen geëvacueerd worden van oorlogsgebieden, zien we dat in de steden Irpin, nabij Kiev en Soemy blijkbaar toch burgers konden geëvacueerd worden, hoewel het staakt-het-vuren opnieuw in Marioepol geschonden werd.

Daarnaast lijkt voor het eerst een diplomatieke opening te zijn vanuit de Oekraïense kant. Zo zei President Zelensky tijdens een interview met de Amerikaanse tv zender ABC News dat Oekraïne bereid was om in dialoog te gaan met Rusland over de bezette gebieden en de Krim om een compromis te vinden hoe die regio’s verder konden gaan. Zelensky vertelde ook dat Oekraïne niet langer kandidaat was om toe te treden tot de NAVO, aangezien het duidelijk was dat de NAVO daar niet klaar voor was uit vrees voor de confrontatie met Rusland. Beide landen zullen donderdag 10 maart in Turkije opnieuw rond de onderhandelingstafel zitten.

Bovendien zorgt de Westerse alliantie ervoor om de kostprijs van de oorlog voor Rusland flink op te drijven, waarmee het ook de druk wil opvoeren om Rusland naar de onderhandelingstafel te brengen. Niemand heeft er belang bij dat dit conflict eindeloos aansleept, terwijl Oekraïne nu toch een eerste stap naar een mogelijk compromis zet.

Indien er schot komt in de onderhandelingen en beide partijen een compromis kunnen vinden, kan ook de Westerse alliantie eventuele sancties terug afbouwen en zullen de aandelenmarkten een fors herstel inzetten.

Op lange termijn zal dit conflict sowieso de wereld grondig veranderen en in de eerste plaats Europa, dat meer strategische autonomie ambieert op het vlak van geopolitiek, defensie, technologie en energievoorziening. Door de pandemie was al gebleken dat de bevoorradingsketens wereldwijd onder druk kwamen wanneer bepaalde onderdelen uit een andere regio moeten komen. Hierdoor is in de verschillende regio’s een trend ontstaan naar het terugbrengen van lokale productiecapaciteit om de “supply chains” aanzienlijk korter te maken. Een treffend voorbeeld is de halfgeleidersindustrie. Door de sterke vraag naar halfgeleiders in combinatie met lage voorraden zijn de wachttijden bijzonder lang. In zowat alle grote regio’s wordt bijkomende productiecapaciteit gebouwd. ’s Werelds grootste fabrikant TSMC kondigde eind vorig jaar aan een nieuwe fabriek in Japan te bouwen voornamelijk om de lokale markt te bedienen. Eerder in het jaar hadden de VS al aangestipt dat de grote afhankelijkheid van Taiwan voor hun technologiesector een risico vormde. TSMC reageerde hierop door bekend te maken nieuwe fabrieken te bouwen voor zo’n 100 miljard dollar en startte de bouw van een grote fabriek in Arizona. Ook Europa wil haar chiphonger stillen met lokale fabrieken. Het Amerikaanse Intel heeft aangegeven een megafabriek in Europa te willen bouwen. Over een periode van 10 jaar zou het gaan om een investering van 80 miljard euro. Andere chipbouwers zouden eveneens interesse hebben.

Het Russische conflict heeft er ook voor gezorgd dat Europa de rangen heeft gesloten en eendrachtig heeft gereageerd. Het is immers duidelijk dat Europa als blok veel meer gewicht in de schaal kan leggen dan individuele landen. Dit kan leiden tot een verdere en diepgaandere integratie van het Europese project. Gezamenlijke Europese schulden kunnen de volgende stap vormen om fors in de Europese defensie te investeren en de energietransitie te financieren. Dergelijke grootschalige investeringen kunnen bovendien ook een belangrijke economische groeimotor zijn voor de Europese economie.